Hervormde Gemeente Waarder

Heidelberger catechismus,
Zondag 18 vraag en antwoord 49

Hebreeen 9:19-28 en I Johannes 1:8-2:2

Het 1e nut van de hemelvaart van Christus. 
"Dat Hij in de hemel voor het Aangezicht van de Vader onze Voorspreker is."

Leviticus 16: grote verzoendag. Eén bok werd weggezonden --- Goede Vrijdag.  De andere bok, daarvan werd het bloed in het heilige der heiligen gebracht ---- Hemelvaart. 

Voorspraak.

Jezus is onze Voorspraak. Belangenbehartiger. Vgl.: de ambassadeur van Nederland in Japan. Jezus behartigt de belangen van de zaligheid der gelovigen. Want zij doen dat niet of onvoldoende. Dat te leren is de rode draad van het geloof: aan Jezus de zaak van mijn zaligheid toevertrouwen. 

Ten eerste. Jezus is in de hemel voor het Aangezicht van Zijn Vader. Hij toont Zijn offer en de namen van de Zijnen. Hij bidt Johannes 17. Daardoorheen ziet de Vader Zijn Kerk op aarde. Dat is voor de Vader niet nodig, maar wil ons zwakke geloof steunen. Opdat wij niet twijfelen zullen. (NGB art 26)

Ten tweede. I Johannes 2:1. Als wij zondigen. Zonden van gelovigen zijn erg: het koord van God los willen rukken dat ons heeft gered. Maar Jezus bidt als Voorspraak: Vader vergeef, Vader breng tot inkeer. Zie bij David. Zo brengt God Zijn kind weer tot inkeer, berouw en terugkeer. Herkent u dat? Daar zit Jezus’ voorbidding tussen.

Ten derde. Hebreeen 9:23 zegt dat de hemelse dingen gereinigd worden. Ook dat gaat terug op Lev 16 waar de ark gereinigd wordt. Want als wij bidden naderen wij als zondaar tot God om gemeenschap met Hem te zoeken. Vgl een kind met modderlaarzen. Wij kunnen die zonde niet afleggen, maar Jezus heeft Gods troon gereinigd tot genadetroon. Zondaren kunnen naderen tot de Vader. Om Jezus wil. Wat een rijkdom!

Ten vierde. Hebreen 7:25 en Romeinen 8:34. Als wij bidden is het net als een kind dat een veldboeket heeft geplukt voor vader. Moeder haalt er het onkruid tussenuit en doet er nog een mooie bloem tussen. Jezus, Die voor ons bidt, haalt uit onze gebeden het onzuivere weg. Wat qua inhoud niet wijs is, en wat qua houding onzuiver is. En zo brengt Hij het tot de Vader. Hij blijft bidden als wij niet meer kunnen bidden. 

Zo leer ik wat verlossing is: zo vast, zo zeker. En wat ellende is: de zonde van mijn ongeloof, de zonde in mijn gebeden. En wat dankbaarheid is: Hij is altijd alles waard.

Op grote Verzoendag kwam de hogepriester ook weer terug. Om het volk dat wachtte te zegenen. Jezus komt ook weer terug. Om allen die op Hem wachten te zegenen. Hoort u daar ook bij? 

Vragen om te bespreken of te overdenken:

1. Geloven is: je zaligheid laten behartigen door Jezus. Reageer eens op deze uitspraak.
2. Wat geeft het ons te denken dat Jezus zorgt dat de Vader ons weer tot inkeer en berouw brengt? 
3. Wat betekent bidden voor u?  Voegt deze preek daar iets (nieuws) aan toe?
4. Probeer eens aan te geven waarin we onrein/onzuiver kunnen zijn als wij bidden? Hoe daarmee om te gaan?
5. Ziet u uit naar hemelvaartsdag? Waarom?